24 april t/m 25 september 2011 ![]() De 'Dochter van Eva' uit 2010 is een tekening over naaktheid. Waar Eva het paradijs heeft verlaten gaat zij verder gekleed door het leven. Eva in het paradijs wordt door mij lelieblank en zonder navel uitgebeeld. Haar uitdrukking is er een van onbevangenheid en onschuld, haast onnozel. Dat is anders bij de dochter van Eva. In het verhaal van Adam en Eva in en uit het Paradijs komen geen dochters ter sprake, er zijn slechts zonen, allereerst Kaïn en Abel en later, nadat Abel door zijn broer is vermoord, een vervangende broer Seth. Dochters zijn er niet, worden in ieder geval niet genoemd. Als kind intrigeerde dat gegeven mij. Hoe is het toch mogelijk dat die hele wereldbevolking uit dat stel mensen is voortgekomen en hoe zat het met inteelt en met de rassen en de grote verschillen tussen mensen. Zij zijn toch niet alle broeders en zusters? of in wezen wel. Een uit aarde genomen aardse zwarte Adam en een uit zijn witte rib geboetseerde blanke Eva als voorouders van al die broeders en zusters. Deze kindergedachte bracht mij bij de Dochter van Eva. Een andere ingang was mijn wens om het over de kwetsbaarheid van een jonge vrouw te hebben. Niet onbevangen maar 'bevangen' met allerlei gevoelens. Stekelige distels omlijsten het zachte onhandige lichaam, niet paradijselijk mooi maar ook niet lelijk. Die distels raken het lichaam nergens maar geven wel de beperkte speelruimte aan. De dochter van Eva is weer naakt, niet paradijselijk naakt maar uitgekleed. Zij weet zich gezien door de toeschouwer. De distels zijn niet alleen stekelig maar ook sierlijk mooi met oplichtende bolletjes als bloemen, ze omlijsten het zachte lijf van de Dochter van Eva. ![]() 'Tongvarens' is een tekening die vanuit de titel is ontstaan. De hier gebruikte varensoort komt overeen met de 'Asplenium Undulatum' maar heb ik zonder model getekend, zoals ook de figuren op mijn tekeningen. De titel voor dit kleine koppel - dansend in een tuintje, geeft het beeld een zekere erotische associatie, de gedrongen figuren doen dat zelf maar in beperkte mate. Hier zit ook de verwondering van het beeld, een naakt gedrongen stelletje, onbeholpen, je twijfelt over hun verstandelijke vermogens - en daar tegenover de associatieve titel. Een oerplantje bij een oerstelletje, de oorsprong of 'oersprong' die ieder mens nog ergens in zich draagt. Het gekozen detail toont de uitdrukking van het vrouwtje en de subtiel getekende varen, gedeeltelijk met gouache opgefrist. Het frisse groen geeft het beeld de juiste onbevangenheid mee. Deze onbevangen uitdrukking zegt eigenlijk alles al over de hele tekening. ![]()
|